Zwartkopmeeuw

De zwartkopmeeuw lijkt op een kokmeeuw. Maar de diepzwarte kap die ver doorloopt, de dikke rode snavel en de bijna witte vleugels zijn kenmerkend. Op afstand lijkt een zwartkopmeeuw in de zon zelfs vrijwel wit. Verder is hij aanmerkelijk forser dan een kokmeeuw.

In België komen zwartkopmeeuwen vooral voor bij veel water in Antwerpen en West-Vlaanderen, deze kon ik fotograferen aan het Zwin (Knokke).

Vroeger broedde hij alleen rond de Zwarte Zee. Maar het gaat deze meeuw redelijk voor de wind en de laatste decennia heeft hij zich verspreid over grote delen van Europa.  In onze contreien is hij lang niet zeldzaam meer. Ze broeden vanaf mei in kolonies.

Het voedsel wordt vooral in open landbouwgebieden verzameld, met name april en mei zijn goede maanden om deze meeuw op bemeste weilanden aan te treffen.

Zwartkopmeeuwen overwinteren langs de Atlantische kust van Frankrijk, Groot-Brittannië en incidenteel ook Spanje en Noord-Afrika. Er zit een duidelijke witte rand om de ogen van de vogel. Het grote verschil met de kokmeeuw is de grootte van de zwarte vlek. Bij de zwartkopmeeuw is deze vlek groter en loopt het door tot in de nek. Ook bij deze soort zeevogel verdwijnt de zwarte vlek in de winter, een zwarte veeg blijft over.