Deze sierlijke eend is bij ons een doortrekker, die ook in zeer kleine aantallen broedt. De meeste kans om ze te zien heb je in het vroege voorjaar en in het najaar. De pijlstaart dankt zijn naam aan de lange staart van de mannetjes, die met name in de vlucht opvalt. Slanke grondeleend met lange nek en puntige staart. Mannetje met chocoladebruine kop en bovennek, opvallende witte nek en borst en lange puntige staart. Bovendelen en flanken grijs. Mannetje in eclipskleed en juveniel als vrouwtje, maar met donkerder bovendelen. Vrouwtje lijkt veel op vrouwtjes wilde eend, krakeend en smient, maar lichaam slanker en nek langer, puntige staart, grijsbruine spiegel en grijze snavel. In vlucht met witte achterrand aan armpennen.