Zwarte ruiter
De zwarte ruiter is een elegante, middelgrote steltloper die vooral opvalt door zijn slanke lichaamsbouw, zijn lange, fijne snavel en zijn levendige houding wanneer hij door ondiep water trippelt, terwijl hij met een soepele maar alerte tred kleine prooien oppikt en voortdurend de omgeving aftast, wat hem een gracieuze maar gerichte uitstraling geeft in zowel zoet- als brakwatergebieden. In zijn winterkleed oogt hij veel lichter en grijzer dan in de zomer, wanneer hij donker gespikkeld en contrastrijk wordt, wat hem meteen herkenbaar maakt tijdens de trek- en overwinteringsperiode in onze regio.
De soort broedt hoog in het noorden, vooral in Scandinavië en Siberië, waar hij in natte toendra’s en veenachtige moerasgebieden nestelt die voldoende rustige, open plekken bieden voor de jongen. Tijdens de herfst trekt hij in brede golven zuidwaarts en duikt hij regelmatig op in België, vooral in slikken, schorren, plasdraszones en grote poldergebieden waar hij tijdelijk pauzeert om te foerageren. In zachte winters blijft hij soms langdurig aanwezig in onze wetlands, zolang het water niet dichtvriest en de voedselvoorraad hoog genoeg blijft.
De herkenning van de zwarte ruiter steunt op zijn sierlijke houding, zijn fijngebouwde silhouet en zijn contrastrijk zwart-witte vleugelpatroon tijdens de vlucht, terwijl zijn zachte maar scherpe roep vaak het eerste is wat vogelaars al vanop afstand alarmeert dat er een ruiter in aantocht is. In winterkleed toont hij een lichtgrijze rug, een bleke borst en een fijne, nette tekening die hem onderscheidt van andere ruiters, waardoor hij ondanks zijn subtiele kleuren toch een opvallend elegante verschijning blijft.
Zijn trek- en overwinteringsgedrag wordt gestuurd door waterstanden, voedselbeschikbaarheid en vorstgrenzen, waardoor hij in België vooral aanwezig is in periodes met milde temperaturen en een stabiel waterpeil. In sommige jaren verschijnt hij in kleine groepjes tussen tureluurs en witgatjes, maar meestal beweegt hij zich solitair of in losse associaties door de modderzones, waarbij hij kalm maar efficiënt voedsel zoekt en daarbij geregeld korte loopjes afwisselt met stilstand om naar prooien te spieden.






.jpg/picture-200?_=190b7c452d0)







