Zwarte zwaan
De zwarte zwaan is bijna volledig zwart met enkel witte handpennen. De rozerode snavel is lichter op de punt. De poten zijn grijs. De zwarte zwaan heeft van alle zwanen de langste hals: meer dan half zo lang als de totale lichaamslengte.Hij wordt 110 tot 140 centimeter lang en tot zes kilogram zwaar. De geslachten zijn qua uiterlijke kenmerken gelijk., geheel zwart met wat witte slagpenuiteinden, zwartgrijze poten, rode snavel met voorop een witte dwarsstreep en rode ogen. Vrouwtje is iets kleiner met een kortere, dunnere hals, lichtere rode ogen, lichtere rood gekleurde snavel en minder sterk opgekrulde rugveren. De zwarte zwanen vormen rond hun tweede levensjaar een koppel voor het leven. De kuikens worden door de ouders samen opgevoed.De zwarte zwaan is niet honkvast. Bij zwerftochten kan hij afstanden van honderden kilometers overbruggen en zorgt zo ook zelf voor zijn verspreiding. Kenmerkend is de klagende, trompetterende roep bij hun nachtelijke vluchten. Zijn voedsel bestaat uit grassen en waterplanten. Op het land lopen Zwarte Zwanen traag en wat onbeholpen, maar in het water zwemmen ze sierlijk. Ze rusten en slapen geregeld op het water, maar ook op het land, met de snavel tussen de rugveren.
Trompetteren is een territoriaal geluid en dat doen ze zowel op het land als op het water, wanneer er “gevaar” dreigt, tijdens de broedtijd kan vooral de man nogal dominant, dreigend en zelfs wat agressief zijn. Ze jagen andere vogels uit de nestomgeving weg en valt soms zelfs mensen aan indien ze zich bedreigd voelen. Bij het dreigen worden de slagpennen opgeheven en de hals gestrekt.
Het uitslaan van de vleugels is eveneens een dreigbeweging en kan gevolgd worden door het uitdelen van een paar klappen.