welcome to this bird site, where all pictures are supplemented with facts 
just by getting outside, you let nature in

Kerkuilen leven in open of half-open cultuurlandschap, dichtbij dorpen en steden. Hun nest bouwen ze in kerktorens, schuren en andere rustige gebouwen met donkere hoekjes. Jagen doen ze in open akkers en weilanden in de onmiddellijke omgeving, liefst waar die afgewisseld worden met kruidenrijke akkerranden, houtkanten, heggen of kleine bosjes. De kerkuil verblijft in het algemeen z’n hele leven lang op dezelfde plaats, ook in de winter. Daardoor zijn ze kwetsbaar voor winters met langdurige vorst en sneeuw omdat het jagen dan bemoeilijkt wordt.

De kerkuil jaagt in het donker door vlak boven de grond te vliegen en de grond af te speuren naar voedsel. Soms jagen ze ook van op een lage uitkijkpost zoals paaltjes. Ze gebruiken hierbij hun extreem goed zicht en gehoor.
Koppels blijven elkaar jarenlang trouw. Er worden meestal twee broedsels van vier tot zeven eieren gelegd, al kunnen dat er in muisrijke jaren zelfs 12 zijn. Eieren leggen kan  van februari tot soms ver in het najaar. De moeder blijft in de buurt van het nest terwijl de vader voor de aanvoer van voedsel zorgt.
Het vrouwtje begint onmiddellijk na het leggen van het eerste ei te broeden. Daardoor komen de jongen niet gelijktijdig uit het ei en kan er een aanzienlijk grootteverschil tussen de jongen zijn. Blijkt er in de loop van het broedseizoen toch te weinig voedsel beschikbaar, dan wordt het jongste kuiken opgeofferd om zijn oudere broers en zussen te laten overleven. Gemiddeld leeft een kerkuil drie à zes jaar. Een kerkuil kan z’n kop bijna 270° draaien, waardoor ze makkelijk rond zich heen kunnen kijken zonder hun lichaam te draaien.
#NikonD500 #Sigma500mm