welcome to this bird site, where all pictures are supplemented with facts 
just by getting outside, you let nature in

Afrikaanse oehoe

Het leefgebied is zeer gevarieerd. Deze oehoe wordt aangetroffen in droog rotsig gebied of gebied met afwisselend lage heuvels, grasland, struikgewas en droog half open bosgebieden zoals de savanne. De vogel mijdt dicht bos en wordt in berggebieden tot 2100 m boven de zeespiegel aangetroffen.
De vogel heeft indrukwekkende oorpluimen. De Afrikaanse oehoe is bruingrijs met roodbruine vlekken. De vleugelpennen en de staartpennen vertonen duidelijke brede banden. De snavel is zwart en de ogen zijn geel.
Over het algemeen kan je de roep van het mannetje onderscheiden van dat van het vrouwtje. Het mannetje roept tweemaal, ongeveer zo: "Oe hoe"; en het vrouwtje driemaal, met weinig nadruk om de middelste: "Oe hoe hoe"
De oehoe eet graag kleine zoogdieren, vogels, insecten, kikkers en reptielen. En het liefst met huid, haar en botjes!
Vaak slikt de oehoe een prooi in zijn geheel door. Als de prooi aan de grote kans is zal de oehoe hevig met zijn kop schudden. Als de prooi een echte uitdaging vormt, kan je de oehoe even een moment van rust zien nemen, terwijl de bek nog vol zit. Als de prooi te groot is om in een keer door te slikken, zal het in stukken verscheurd worden. Dit wordt ook gedaan wanneer de kuikens gevoed moeten worden.
De Afrikaanse oehoes blijven een paartje hun hele leven lang. Meestal maken ze een nest op de grond, maar af en toe kan je ook een  nest vinden op een vensterbank. Het vrouwtje legt twee tot vier eieren en blijft op het nest zitten. Het mannetje voorziet zijn vrouwtje van voedsel. De broedperiode duurt ongeveer een maand en wanneer de kuikens geboren zijn duurt het nog ongeveer zeven weken eer ze kunnen vliegen. De Afrikaanse oehoe worden gemiddeld 10 jaar in het wild en 20 jaar in gevangenschap.