welcome to this bird site, where all pictures are supplemented with facts 
just by getting outside, you let nature in

Sperwergrasmus (foto's genomen op 11-10-2025)


De sperwergrasmus (Curruca nisoria) is een middelgrote zangvogel uit de familie van de sylvia’s (Sylviidae), nauw verwant aan de gewone grasmus, maar zeldzamer en veel schuwer. Hij dankt zijn naam aan zijn verenkleed, dat sterk doet denken aan dat van een sperwer: de borst en buik zijn namelijk fijn gebandeerd met grijswitte strepen, wat hem een opvallend “roofvogelachtig” uiterlijk geeft. De sperwergrasmus is met zijn 15 tot 17 centimeter iets groter dan de grasmus, en oogt forser met langere vleugels en staart. Het mannetje heeft een blauwgrijze kop, rug en vleugels, terwijl het vrouwtje en de jonge vogels bruiner getint zijn. De gele ogen geven de soort een doordringende blik. De sperwergrasmus op mijn foto's zijn van een juveniel, waar de bandering op de borst nog niet goed zichtbaar is.
Qua gedrag is de sperwergrasmus een zeer teruggetrokken vogel, die zich vooral ophoudt in dicht struikgewas, bosranden en jonge aanplant. Hij beweegt zich schuw en voorzichtig, en laat zich zelden goed bekijken. Alleen tijdens de zangperiode in mei en juni is hij wat opvallender. Zijn zang is een harde, ietwat hese ratel, die abrupt kan beginnen en eindigen. Anders dan de gewone grasmus voert hij nauwelijks zangvluchten uit; hij zingt meestal verborgen in het struikgewas. Zijn roep, een scherp “tjak” of “tchrr”, klinkt onheilspellend en verraadt zijn aanwezigheid eerder dan zijn uiterlijk dat doet.
De verspreiding van de sperwergrasmus strekt zich uit van Midden- en Oost-Europa tot diep in Azië. Hij broedt vooral in halfopen landschappen met struiken, braamstruwelen en jonge bomen, vaak nabij bossen of rivieroevers. In West-Europa is hij schaars en onregelmatig — in Nederland broedt hij slechts sporadisch, meestal in het oosten en zuidoosten van het land. Bij ons in België is hij nog zeldzamer, en wordt hij vooral tijdens de trek gezien. De sperwergrasmus is een langeafstandstrekker: in de nazomer trekt hij via het oosten van de Middellandse Zee naar zijn overwinteringsgebieden in oostelijk en zuidelijk Afrika.
Wat betreft voeding is de sperwergrasmus voornamelijk insectivoor. Hij jaagt op rupsen, kevers, sprinkhanen, libellen en spinnen, maar lust ook bessen in het najaar. Hij jaagt vaak op de grond of laag in de struiken, met snelle, gerichte sprongen — een gedrag dat iets van een roofvogel heeft, net als zijn naam suggereert. In de trekperiode voedt hij zich extra intensief om vetreserves op te bouwen voor de lange vlucht naar Afrika.

#Nikon D500 & Tamron G20150-600mm Sashul Zeebrugge